-dossier sexualiteit LrJr 2

Tijdens deze periode staat het thema Seksualiteit en samenleving  centraal.  Hoofdstuk 2 van je leerboek. Jij gaat  een individuel dossier maken dat uiteindelijk beoordeeld zal worden met een A punt. Dit dossier maak jij door samen met je groepje tijdens de lessen te discussiëren en persoonlijk antwoord te geven op de vragen die je hieronder kunt vinden.

  • Lees eerst goed de vragen en de teksten die er bij horen: titel en blz. van de teksten worden telkens aangegeven.
  • Bespreek de vragen met de anderen.
  • Geef een zo helder en volledig mogelijk antwoord op de vragen. Maak hele zinnen.
  • Alles wordt tijdens de les gemaakt, dus niet thuis uitgetypt.
  • Als jullie iets niet begrijpen mogen jullie natuurlijk bij de docent om uitleg vragen
  • Let op: je cijfer hangt ook af van  netheid, volledigheid en goed beargumenteren van je antwoorden.

 

  1. I.                    Inleiding. Lees eerst blz. 29.
  1. In het woordenboek vind je de volgende betekenissen voor seks en seksualiteit: Definities Van Dale

Seks:

Beelden, verhalen of motieven die betrekking hebben op het geslachtsleven.

Seksuele omgang

Mannelijk of vrouwelijk geslachtdeel.

Seksualiteit:

Het gesplitst-zijn in geslachten

Geslachtsleven, geslachtsdrift

Uiting op het gebied van het geslachtsleven

Van de volgende onderwerpen welke passen volgens jou bij ‘seks’ en welke bij ‘seksualiteit’. Motiveer je antwoord :

–  Een kus op de mond geven

–  Vrijen

–  Slowen

–  Verliefd zijn

–  Knipogen

–  Een condoom

  1. Hoe wordt het genoemd als iemand zich      aangetrokken voelt tot iemand van het eigen geslacht?
  2. Hoe wordt het genoemd als iemand zich      aangetrokken voelt tot iemand van het andere geslacht?
  3. Hoe wordt het genoemd als iemand zich      aangetrokken voelt tot iemand van beiden geslachten?
  1. II.                  Seksualiteit geschiedenis. Lees eerst blz. 30 t/m 32 (2.1, 2.2., 2.3)
  1.  Geef drie verschillen over ‘seksualiteit’      tussen de  middeleeuwen en nu.
  2. Je hebt gelezen dat het eigenlijk een      beetje vreemd is om in de middeleeuwen een beschrijving van het woord seksualiteit      te gebruiken. Waarom is dat een beetje vreemd?
  3. Vanaf de achttiende eeuw wordt      seksualiteit als iets negatiefs gezien als het buiten het huwelijk plaats      vindt. Artsen en de kerken spelen hierbij een belangrijk rol. Denk na!      Welke reden zou er kunnen zijn voor hun aanval op seksualiteit buiten het      huwelijk?

Lees eerst blz. 32/33. (2.4, 2.5)

  1. Tegenwoordig zou alles bespreekbaar      zijn en lijken er geen taboes te bestaan. Is dat wel zo? Wat denk jij:      blijkt uit de uitdrukking ‘met iemand naar bed gaan’ niet toch een taboe?
  2. Hoe denk jij over de hoeveelheid seks      in reclame? Vind je het storend? Waarom wel/niet?
  3. Vind je de meeste reclames voor ‘sexy      producten’ geloofwaardig? Waarom wel/niet?
  1. Zoek 2 voorbeelden van reclame waarin erotiek een rol speelt om een product aan te prijzen of aandacht te trekken.
  2. Waarom wordt erotiek in deze reclame gebruikt?
  3. Wat  vind je hiervan? (is er een relatie tussen het product en seksualiteit? Hoe worden mannen en vrouwen afgebeeld?)

 

III. Wat is seksualiteit?

 

Lees eerst blz. 33/34. (3,1)

  1. Welke 5 antwoorden op de vraag  ‘Wat is seksualiteit?” worden hier      gegeven?
  2. Mis je een bepaald antwoord op de      vraag? Voeg het dan toe
  3. Plaats de antwoorden nu van boven naar      beneden in volgorde van belangrijkheid. Dus wat je het belangrijkste vindt      aan seksualiteit plaats je boven aan etc.

Lees eerst blz. 34 t/m 37. (3.2)

  1. Kies uit de verschillende teksten die je kan lezen in deze paragraaf de zin die volgens jouw de verliefdheid op het best een positieve manier weergeeft.
  2. Zoek een voorbeeld waarin jij vindt dat het heilige, het intieme, de schoonheid van seksualiteit wordt verbeeld (een tekst, gedicht, schilderij, liedje, foto, etc.)
  3. Verliefdheid en seksueel verlangen kunnen zo sterk zijn dat er een ontsporing plaatsvindt. Bijvoorbeeld een bedreiging van een bestaande relatie. Geef voorbeelden van ontsporing die in de tekst worden genoemd.

Lees eerst blz. 37 t/m 39. (3.3)

  1. In de tekst wordt gesproken over verschillen in dierlijke en menselijke seksualiteit. Welke verschillen worden genoemd? Kun je nog meer verschillen geven?
  2. Waarom wordt pornografie vaak als storend ervaren?
  1. IV.                Seksualiteit en gelijkwaardigheid.

 

Lees eerst blz. 39 t/m 41. (4.1)

  1. Geef je reactie op de tekst ‘een zoen is een zoen’.
  2. Waarom geeft onze wetgeving leeftijdgrenzen over seks? Leg goed uit.
  3. Wat betekent een  ‘dubbele moraal’? geef er een voorbeeld van.
  1. V.                  Cultuur, levensbeschouwing en seksualiteit.

 

Lees eerst blz.42 t/47

  1. Ga na hoe de verschillende levensbeschouwingen het verschijnsel seksualiteit op zichzelf waarderen, dus is seksualiteit positief of niet en welke functie heeft seksualiteit:

1. Jodendom, 2. Christendom(verschillende stromingen) , 3. Humanisme, 4. Islam(verschillende stromingen)  ,5. Hindoeïsme.

  1. Ga na hoe de verschillende levensbeschouwingen van deze paragraaf staan tegenover homoseksualiteit:

1. Jodendom, 2. Christendom, 3. Humanisme, 4. Islam ,5. Hindoeïsme.

  1. Ga na hoe de verschillende levensbeschouwingen van deze paragraaf staan tegenover seksualiteit buiten het huwelijk:

1. Jodendom, 2. Christendom, 3. Humanisme, 4. Islam ,5. Hindoeïsme.

  1. Je kunt zeggen dat het humanisme maar één antwoord geeft op alle morele vragen over seksualiteit dat wil zeggen hoe hoor je je te gedragen ten opzichte van seksualiteit volgens humanisten?
  2. Hoe luidt dat antwoord?
  3. Wat vind je positief en/of negatief aan dit antwoord?
  1. Je hebt gelezen dat seksualiteit soms een moeilijk te beheersen kracht is.
  2. Welke levensbeschouwing  gaat hier volgens jou het beste mee om en waarom? Denk na bij elke levensbeschouwing over de volgende vragen: zijn de regels zinvol of niet? Zijn zij discriminerend of niet? Zijn zij onderdrukkend of juist vrijblijvend? Trek je conclusie over welke levensbeschouwing het best omgaat met seksualiteit.
  3. Welke gaat daar juist niet goed mee om en waarom niet?
  1. Bij welke visie voel je je het meeste thuis en waarom?
  1. Bij welke visie voel je je het minste thuis en waarom?
  1. Een reactie plaatsen

Plaats een reactie