hfdstk 1 extra opdrachten over filosofie

LOSSE OPDRACHTEN

Extra opdrachten als toelichting, als een andere manier om met de zelfde onderwerpen om te gaan.
Bij hfst 1:
wat is knapper, iets heel goed kunnen of heel goed je best doen voor iets waar je niet zo goed in bent?
wat is cultuur?
filosoferen met Bas Haring. Een voorbeeld van wat filosoferen inhoudt.
wat behoort er eigenlijk tot je lichaam?
– over concreet versus abstract
– over de relatie tussen taal (en woorden/begrippen) en denken, onze kijk op en beleving van de werkelijkheid: andere taal, andere werkelijkheid?
– en wil je verder kennismaken met filosofie, klik hier voor een leuke quiz.

OPDRACHTENSERIE 1

HIeronder nog wat oefeningen om te ontdekken wat filosofie is. Je gaat proberen de vragen te beantwoorden die hieronder staan, met behulp van informatie die je kunt vinden op het internet. Daarvoor kun je de aangegeven internetadressen gebruiken. Je kunt daar alle antwoorden vinden. Je mag ook nog op andere adressen zoeken, als je wilt.

I. Ga naar http://www.filobytes.nl/

Klik op ‘start’.

Op het volgende keuzescherm klik je op ‘Begin filobytes’

  1. Welke is de eerste betekenis van het woord ‘filosoof’ volgens het woordenboek?
  2. Waaraan denken filosofen vooral?
  3. Wat heb je geantwoord bij de eerste vraag naar aanleiding van het verhaal over Joris:
    A. Je kunt wél aan niets denken.
    B. Je kunt niet aan niets denken.
  4. Print je filocard.
  5. Op wiens mening over het Niets, lijkt de jouwe?

Ga nu naar ‘extra‘ en dan naar de ‘filotheek’. Op gekleurde boeken kun je klikken.

  1. Welke filosoof is geboren in Amsterdam?
  2. Welke twee soorten uitspraken zijn volgens Ayer zinvol?

Ga terug naar ‘extra’ en klik op ‘filofight’. Kies een speler en klik op ‘start’.

  1. Noteer één vraag en het antwoord dat je gekozen hebt.

II. Ga nu naar http://home.wanadoo.nl/a.baartman/

Begin bij “Ontdek alles over de filosofen”.

  1. Waarom kreeg Socrates de doodstraf?
  2. “Descartes vertrouwde zijn zintuigen niet want zo kan bijvoorbeeld afstand dingen vervormen (iets wat groot is, zoals een vuurtoren, lijkt van veraf maar klein).”Kun je zelf ook een voorbeeld bedenken waardoor je zintuigen niet helemaal betrouwbaar lijken?

Ga nu naar “Hersenkrakers”. En dan naar “Bestaat er een kopietje van mij?”

  1. Welke van de 14 opgesomde zaken vind jij een deel van jezelf?
  2. Wat antwoord je op de vraag of er een kopietje van jou bestaat?

Ga nu naar “Testen”.
En dan naar “Wat voor soort filosoof ben jij?”

  1. Noteer vijf stellingen waarvan jij vindt dat ze waar zijn.

III. Ga nu naar: http://www.kinderfilosofie.nl/ Klik op “quiz voor kinderen”.

  1. Welke startvraag kies je? En welk antwoord?

IV. Ga nu naar: http://www.kef-net.nl/ Klik links op ‘menu’ en dan op ‘filosofen’.

  1. Welke filosofen kom je hier tegen die je ook al bent tegengekomen op de site bij II?
  2. Kijk eens bij Aristoteles. Helemaal onderaan kun je doorklikken op ‘logica’. Lees dat fragment. Bedenk nu zelf een ‘syllogisme’.

OPDRACHTENSERIE 2

Stof tot nadenken…

Vandaag en volgende week ga je naar de mediatheek om daar diep na te denken over onderwerpen die de filosoof Bas Haring heeft uitgewerkt in een tv-programma.
Dat programma heet “Stof”.

De bedoeling is, dat je twee lessen van 50 minuten bezig bent in de mediatheek over een onderwerp dat Bas Haring behandelt in zijn programma.

Wat ga je doen?

Type in de adresbalk van internet www.rvu.nl

Vul in bij ‘zoek’  ‘Stof’ (links bovenaan de pagina)

– Klik nummer 2 aan

– Maak daar een keuze uit de volgende uitzendingen:

  1. Wat is liefde?
  2. Zijn we stiekem toch egoïsten?
  3. Is het een wonder?
  4. Zijn wij vrij?
  5. Mogen wij de mensheid
    verbeteren?
  6. Wat is goed en kwaad?
  7. Zijn wij de enigen met een geest?

Bekijk vervolgens de uitzending naar keuze en maak tegelijk of na het bekijken van het programma de volgende opdrachten (geef uitgebreide antwoorden, met een kort
antwoord ben ik niet tevreden….) Voor deze opdrachten krijg je een cijfer.

  1. Wat is het antwoord dat Bas Haring geeft aan het einde van de uitzending op zijn vraag?
  2. Beschrijf nauwkeurig alle stappen die hij loopt om tot deze conclusie te komen.
  3. Beschrijf uitgebreid bij elke stap of je het wel of niet eens bent met de heer Haring en leg uit waarom.
  4. Schrijf alle antwoorden op een A4 in Word en lever deze print bij mij in.

Voor alle duidelijkheid:
deze opdracht doe je deze week;
volgende week kies je uit bovenstaande programma’s er nog één uit en doe je de opdrachten over het programma dat je dan hebt uitgekozen. Ik krijg dus verslagen van twee programma’s, waar je dus ook twee lessen voor krijgt.

De lengte van je verslag moet per uitzending één A4 zijn.

Succes!

  1. Een reactie plaatsen

Plaats een reactie