hfdstk 1 hindoeïsme: samenvatting

terug naar startpagina hindoeïsme

Samenvatting Oosterse filosofie (WnW2hfdt1) Hindoeïsme

Inleiding
3 persoonlijke verhalen van 3 Nederlanders die vertellen hoe het oosters denken van invloed is op hun eigen leven.
Paragraaf 2 Het Hindoeïsme
2  Oosterse levensbeschouwingen
Hindoeïsme (ontstaan in en met name verspreid in India) en Boeddhisme (ook ontstaan in India, maar na een lange geschiedenis inmiddels minder in India maar meer over de rest van Azië verspreid).
Deze 2 stromingen verschillen op veel punten van de 3 monotheïstische godsdiensten (Jodendom, Christendom, Islam) waarmee  ze samen de (5) wereldgodsdiensten vormen.

Beide stromingen winnen, samen met de verwante Chinese en Japanse stromingen als Confucianisme, Toaïsme en Zen, in het westen aan populariteit.

2.1 Hindoeïsme en hindoe
India is na China het land met de meeste inwoners {1.166.079.217 (2009)}. Het is de bakermat van veel religies. En het land is zo groot dat er grote verschillen zijn tussen maar ook binnen de verschillende religies. Zeker binnen de grootste religie (of is het een verzamelnaam voor verschillende religie’s) het Hindoeïsme, verschillen de aanbeden goden, rituelen en regels per regio. Sommige Hindoes zijn zelfs monotheïstisch; andere atheïstisch.
Aantal aanhangers van religies volgens de laatste census van 2001[1]:

Religie Aantal % Top 3 staten e.d. (%)
Hindoeïsme 827.578.868 80,5% Himachal Pradesh, Chhattisgarh, Orissa
Islam 138.188.240 13,4% Laccadiven, Jammu en Kasjmir, Assam
Christendom 24.080.016 2,3% Nagaland, Mizoram, Meghalaya
Sikhisme 19.215.730 1,9% Punjab, Chandigarh, Haryana
Boeddhisme 7.955.207 0,8% Sikkim, Arunachal Pradesh, Mizoram
Jaïnisme 4.225.053 0,4% Maharashtra, Delhi, Rajasthan
Overige religies 6.639.626 0,6% Arunachal Pradesh, Jharkhand, Meghalaya

Onder de overige religies vallen onder andere aanhangers van het zoroastrisme, het bahá’í-geloof en het jodendom. Er wordt geschat dat er nog ongeveer vijfduizend joden in India wonen, de meeste in en rond Bombay.

2.2 t/m 2.8
Een paar principes delen de Hindoes met elkaar:
1 Dharma (2.2)
of wezenlijke natuur of natuurlijke wetmatigheid; de natuur, maar ook het leven van de mens gaat via bepaalde principes, regels, regelmaat, wetmatigheid, evenwicht, plichten of taken.
2 Karma (2.3)
of daad; de manier waarop je je aan je dharma houdt, bepaalt het karma dat je opbouwt. De beoordeling van je leven (op gind van het door je opgebouwde karma) en dus hoe je opnieuw geboren wordt, gaat vanzelf, automatisch, gaat langs de wet van karma. Daar komt geen god od andere oordelende instantie aan te pas.
3 Atman (2.4)
het onsterfelijk beginsel, de onsterfelijke vonk, de eeuwige, dus onsterfelijke ziel. Dood en geboorte hebben niet betrekking op een persoon maar op de atman, het wezen van de mens, de “echte ik” van iemand. (vgl bv de verhalen over het zoeken van monniken naar de nieuwe Daila Lama)
4 Bhagavad-Gita (=het lied van de heer) (2.5)
een van de vele boeken die een grote rol spelen in het Hindoeïsme. Waarin verhalen die illustreren wat het betekent “om gehoorzaam te zijn aan de verplichtingen van je stand” (de strijder -bv Arjoena-  strijdt, de leerling leert, etc.levens vorlgens je dharma); om via handelen je KARMA te verbeteren. Verder kent het hindoeïsme niet één heilig boek als bron van het geloof. De schriftelijke bronnen zijn heel divers, komen uit verschillende tijden en streken. Heel veel verhalen worden kinderen veelal met de paplepel ingegoten. Die verhalen zijn onderdeel van een nog steeds levende vertel en voorlees cultuur.
5 Brahman (spreek uit bragman) (2.6)

de goddelijke bron oorsprong en doel van het leven; de plaats waar Atman naar terug wil, terug moet om te ontsnappen aan de cyclus van geboorte-leven-dood-hergeboorte-etc. Het bereiken van deze verlossing of ontsnapping noemen de Hindi MOSKA en kan via drie wegen bereikt  worden: via spirituele kennis (JNANA), via handelen (KARMA) of via overgave (BHAKTI).
6 Goden en het goddelijke (2.7)
Zijn er in allerlei soorten (zoveel als er verschillende menselijke –zowel positieve als negatieve- eigenschappen zijn). De trimoeti: Brahma de schepper, Shiva de vernietiger en Vishnoe de instandhouder vormen zijn de 3 belangrijkste goden die samen ook de samen ook de cyclus van ontstaan/geboorte, groei/instandhouding en vernietiging/dood representeren.
7 Rituelen en feesten  (@.*)=(2.8)
Holi = nieuwjaarsfeest, Diwali = feest van het licht, Goeroe Poernima = feest ter ere van Vyase, de schrijver van de Mahabharata het heilige boek waarin de Bhagavad-Gita staat.
Tijdens feesten (op vaste dagen of vaste momenten –oogst of bv geboorte en huwelijk) geven mensen uitdrukking aan gevoelens, ideeën of verlangens door allerlei rituelen (d.w.z. betekenis gevende handelingen waarin die (bepaalde) betekenissen gesymboliseerd wordt).

  1. Een reactie plaatsen

Plaats een reactie