Filmdossier ”DIE WELLE” – 3e klas
GEBRUIK HELE ZINNEN, DENK AAN HOOFDLETTERS, PUNTEN, LEESBAARHEID, ALINEA’S & WITTE TUSSENREGELS, ETC.
VERWERK DE VRAAG IN JE ANTWOORDEN (IEMAND DIE DE OPDRACHTEN NIET KENT MOET JE WERKSTUK KUNNEN BEGRIJPEN)
JE MAG HET FILMVERSLAG MET 2 A 3 MENSEN SAMEN MAKEN.
BESPREEK DAN ALLES MET ELKAAR AAN LAAT OOK ZIEN WAAROVER JULLIE HET NIET MET ELKAAR EENS ZIJNN EN WAAROM DAT ZO IS.
Doel: nadenken over de ‘dictatoriale ervaring’ die Rainer zijn klas laat meemaken. Als eerste (1-4) de belangrijkste stappen van het proces te erkennen, ten tweede (5) de individuele attitudes te analyseren en uiteindelijk (6-9) de verschillende mogelijke standpunten over het nut van dergelijke ervaringen tegenover elkaar zetten.
De belangrijkste personages uit de klas:
Bomber: een van de leden van de groep ‘nietsnutten ’ met Sinan en Kevin, een onafscheidbare trio, zittend achter in de klas.
Dennis: de toneel regisseur van school.
Jens: komt uit Oost-Duitsland en hoort dus bij de «Ossis»; hij voelt zich niet op zich gemak tussen zijn medeleerlingen.
Karo: het vriendinnetje van Marco, zij heeft een belangrijke rol in het toneelstuk totdat Maja haar plaats neemt. Zij droomt ervan naar Barcelona te gaan met Marco en daar ook verder studeren.
Kaschi: minder belangrijk personage : hij maakt de website van ‘die Welle’.
Kevin: verwende puber , wil niet meedoen aan het experiment.
Lisa: kwetsbaar en verlegen meisje, de beste vriendin van Karo.
Marco: het vriendje van Karo; hij woont in een studentenhuis en speelt bij het waterpolo team van Rainer.
Mona: vanaf het begin is zij recalcitrant en protesteert tegen dit ‘spel’.
Sinan: afkomstig uit Turkije, hoort bij de slechte leerlingen; besteedt veel tijd aan zijn PlayStation of rondhangen met Kevin en Bomber; hij speelt ook in het waterpolo team.
Tim: een eenling, eenzaam en zit niet goed in zijn vel. Hij is de zondenbok van de klas: hij probeert erkenning te krijgen door gratis drugs uit te delen
1 Allereerst wordt een leider gekozen om de groep rond te vormen.
a) Wie wordt de leider?
b) Waarom?
2 Orde scheppen en regels voor discipline: „Macht durch Disziplin“.
a) Geef 5 regels aan die Rainer oplegt.
b) Welke effecten hebben deze regels? Geef er minimaal 2.
3 Gemeenschapsgeest ontwikkelen: „Macht durch Gemeinschaft“. Het is de bedoeling dat iedereen zich met de groep
identificeert en daarvoor moeten individuele trekken tot het minimum worden gereduceerd. Geef aan hoe aan deze
verschillende middelen in de film vorm wordt gegeven.
a) Eenstemmig handelen
b) Een gezamenlijk vijand identificeren
c) Solidariteit ontwikkelen binnen de groep
d) Uniformiteit bevorderen
e) De groep een naam geven, een logo
f) Een geheel van rituelen en symbolen ontwikkelen
4 Handelen: de beweging laten leven en groeien. „Macht durch Handeln“.
Op een bepaald moment is het niet meer alleen Rainer die aangeeft wat er met de groep kan gebeuren.
a) Wat is het eerste initiatief dat komt uit de groep?
b) Welke middelen bedenken leden van de groep om zich te laten zien als leden van de groep?
c) Welke middelen bedenken leden van de groep om de groep te laten groeien?
d) Welke middelen bedenken leden van de groep om respect af te dwingen?
e) Welke middelen bedenken leden van de groep om hun macht te vergroten?
5 Wat was de bedoeling van Rainer toen hij begon met dit experiment?
6 Heeft Rainer volgens jou zijn doel bereikt? Waarop baseren jullie deze conclusie?
7 Op welk moment gaat de leerkracht Rainer Wenger te ver? Op welk moment moest hij volgens jullie definitief ingrijpen?
8 Aan het einde van de film wordt Rainer gearresteerd. Er zal een rechtszaak op volgen. Kruip in de vel van zijn advocaat om
hem te verdedigen of in de vel van de advocaat van de tegenpartij (jullie maken dus een keuze). Schrijf een pleidooi in
minimaal 200 woorden (gebruik hierbij wat jullie in het hoofdstuk ‘Wat deugt en niet deugt’ hebben geleerd).
9 Hieronder staat een analyse-rooster: het is een hulpmiddel om je te verdiepen in de pers0onlijkheid van de verschillende personages. Het analyse-rooster kan soms ook inzicht geven in de invloed van sociale factoren op het gedrag.
- Kies 2 personages.
- Geef per personage antwoord op de vragen uit onderstaand rooster.
- Geef van deze 2 personages aan of jullie hem/haar dapper of stoer vinden.
Analyserooster:
| naam personage 1 (personage 2)1. Wil deze leerlingen meteen meedoen wanneer Rainer dit experiment voorstelt? Ja/nee
• Zo ja: hoe ver doet hij/zij mee? • Zo nee: wat is zijn/haar reden om niet mee te doen? 2. Wat kun je zeggen over zijn/haar karakter? Beschrijf het in een paar woorden. 3. Wat geeft de ervaring van ‘die Welle’ hem/haar als pluspunt in zijn/haar leven? 4. Kun je zien uit welk milieu deze leerling komt? Ja/nee
5. Zie je een verband tussen het afkomst/het milieu van deze leerling en zijn attitude ten aanzien van ‘die Welle”? ja/nee
6. Zie je deze personage veranderen tijdens het experiment? Ja/nee
|
scholierensite 